zondag 31 januari 2010

Oranje


Drip something here, zei de stem die Boek heet.
Boek had zelf al wat serveersuggesties: ink, paint, tea...

Ja, en daar begint het al mee he.
Wat te doen?
Iets nattigs, dat spreekt voor zich.
Water?
Nee, te makkelijk.
Bovendien: dat droogt in en dan zie je er niks meer van.
Ketjap, bedenk ik me tijdens een speurtocht door de keukenkastjes.
Stroop?
Honing?
Geen goed idee.
Denk je eens in wat een kleverige bende dat wordt.
Boek moet hierna ook nog mee in de tas, mee het bos in en mee naar een hoog flatgebouw.
Dat we Boek zelf willen slopen - prima, maar om daar nu allemaal onschuldige mierenlevens voor op te offeren, dat gaat me toch iets te ver.

Ineens weet ik het.
Van de zomer heb ik een potje inkt gekocht in een heel schattig winkeltje in Maastricht.
Die inkt is oranje, en - het wordt nog leuker: ruikt naar sinaasappeltjes.
Enthousiast als ik ben, had ik 'm meteen na aankoop in mijn vulpen gestopt -
inderdaad, zo'n mooie ouderwetse die je bijvult met inkt uit een potje,
niet van die wanstaltige patronen.
Helaas viel hij als schrijfinkt een beetje te licht uit.
Maar goed.
't Is wel leuk, oranje sinaasappelinkt.

Aldus besloten.

Dan het volgende issue.
Gaat dit niet ontzettend doorlekken naar andere pagina's?
In principe prima natuurlijk - het is tenslotte een sloopboek.
Maar het zou toch zonde zijn als we de andere opdrachten nu niet meer kunnen lezen.
Of uitvoeren.
Omdat je op de volgende pagina bijvoorbeeld iets moet tekenen,
en dat je daar dan steeds zo'n oranje vlek doorheen ziet.
Ik besluit dat dat nu eenmaal bij de opdracht hoort.

En dan dat andere.
Ik verheug me al dagen op een mooie inktvlek.
Zo'n mooie heks, of een vlinder.
Die je altijd bij de psycholoog in films ziet.
Hoe zou mijn vlek eruit zien?
Mooi, hoop ik.

Fout, fout, fout, volgens de wet van Keri Smith.
Proberen het zo mooi mogelijk te doen?
Missing the point.
Dingen verwachten?
Daar ga ik nou altijd steeds de mist mee in.
Boek blijkt, meer dan ik dacht, een reflectie voor het dagelijks leven.
Dit doe ik dus altijd.
Een plaatje in mijn hoofd hebben.
Zo moet het zijn.
Zo moet het worden.
Maar zo is het nooit.
En zo wordt het ook niet.
En wie is er dan weer teleurgesteld?
Juist.

Anyway.
Ik doe het.
Een scheutje inkt eerst in de deksel van het potje.
Boek slopen is één ding.
Betekent nog niet dat ik bureaublad of toetsenbord ook wil slopen.

Dan druppen maar.
Boek snel dicht.
Dan weer open.
Al snel blijkt: ja, het is doorgelekt.
Maar wél mooi.
Ik doe het vast niet goed,
volgens de wet van Keri.
Maar als het nou per ongeluk toch mooi wordt,
dan kan ik er toch ook niks aan doen?

De volgende opdracht ga ik écht los.
Echt.

Maar nu eerst vol bewondering genieten.
Het werd een soort oranje Batman die naar sinaasappeltjes ruikt.
Wauw.

donderdag 28 januari 2010

Volgende ronde






Nieuwe week, nieuwe opdracht.
Deze dus.

maandag 25 januari 2010

Streber


Dat we onszelf tegen zouden komen, had ik wel verwacht. Hoe dat zou uitpakken, dat kun je niet voorspellen. Zijn het open deuren? Misschien.

Wat ik in elk geval onderschat heb is mijn bewijsdrang. Het niet willen onderdoen voor een ander. Op dit blog lees ik dat Ellen haar pagina heeft opgevroten om hem daarna weer uit te poepen. Ik vind het ranzig maar ook gewoonweg briljant. Kom ik aan met mijn begraaf-in-de-tuin-actie. Brave muts die ik ben.

Even overweeg ik de opdracht ook om te gooien. Pagina is tenslotte nog niet begraven, dus ik kan alle kanten nog op. Dan realiseer ik me dat het hier dus om gaat. Jezelf tegenkomen. I just got the message.

Ik heb het altijd wel geweten. Altijd beter, altijd een tandje harder, sneller, gekker dan een ander. Wandelt een vriendin 20 kilometer? Ik loop 25. heeft zij een beter idee dan ik? Dan baal ik. Ik knarsentand.

Een compliment is geen geruststelling, maar een aanmoediging. Word ik geprezen omdat ik een artikel ruim voor de deadline inlever? Een ander zou dan misschien een volgende keer achterover gaan leunen. Ik zet alles op alles om een volgende keer nog een uur eerder te zijn.

Waar komt het vandaan? Is het omdat ik de jongste ben? Omdat ik sproeten heb? Omdat mijn ouders migranten zijn? Omdat ik geen borstvoeding heb gehad?

Maakt het wat uit eigenlijk?

De boodschap staat als een paal boven water.

Inzicht na composteer-opdracht: Ik ben een streber.

Geen ontkennen meer aan.

zondag 24 januari 2010

Hoezo geduld?


Dat project met Boek hier en daar wat slechte eigenschappen blootlegt, was te verwachten. Nummer één van mijn kant hebben we in ieder geval al te pakken: geduld. Niet mijn sterkste punt. En dat is nog zacht uitgedrukt. Wachten duurt bij mij altijd te lang. Ik ben iemand van inpakken en wegwezen, niet zeuren, niet twijfelen, niet onnodig moeilijk doen. Gas geven. Tja en dan loop je zo hier en daar tegen een klein probleempje aan...

De opdracht 'compost this page' is zo'n geduld kwestie. Wat een gedoe. Pagina uit Boek scheuren, kuil graven, pagina in kuil leggen, kuil weer dicht en dan maar wachten, wachten, wachten. Kijken wat er gebeurt. Dagen, weken, maandenlang hang je met je snuit boven de tuin om te kijken hoe Pagina zich ontwikkelt. Pffffff.

De gedachte aan zoveel gehannes, doet je afvragen: Kan dat niet sneller? Het móet toch sneller kunnen? En dan ga je nadenken, je bespreekt je 'probleem' met anderen en ineens komt iemand met een práchtige optie: waarom eet je de pagina niet gewoon op? Hup, opeten, doorslikken en een dag of twee wachten op je hoopje compost. Briljant! Hoe letterlijk kun je deze opdracht tot je nemen?

Pagina zit inmiddels veilig in Buik. Smaak: zeperig (van de douchebeurt), substantie: taai. Nu maar afwachten hoe Pagina zich ontpopt.

Voorlopig resultaat: twee inzichten.
1. Deel je problemen, er is altijd wel iemand die je kan helpen met het vinden van de juiste oplossing
2. Geduld is helemaal niet nodig; het kan altijd sneller (zie inzicht 1)

Wordt vervolgd. Over een dag of twee...






vrijdag 22 januari 2010

Helpende hand


Dat viel nog niet mee,
een volgende opdracht bepalen.
Flipping to a random page wil niet als boek nat is.
Dan maar met de ogen dicht open slaan.

De boodschap was helder.
Dit gaan we doen.
En misschien is het een klein beetje valsspelen.
Want dit keer krijgen we hulp.
We hoeven pagina alleen maar in een bult aarde te leggen.
Weer, water, wormen doen hun werk.

Maar dan de volgende kwestie.
Composteren is een proces van de lange adem.
En geduld is niet onze sterkste kant.
Daarom dit:

Pagina gaat lekker wegrotten.
In de tussentijd gaan wij door met de volgende opdracht.
Het ontbindingsproces leggen we vast, op vaste momenten.
De resultaten posten we hier.

U hoort nog van ons.

zondag 17 januari 2010

Het slachtoffer


Oh ja.

Een foto van het moordwapen is leuk,
maar we willen natuurlijk bewijzen zien.


Schoon schip

Best heftig, dat was het.
Want: dan heb je besloten dat je zoiets gaat doen.
Maar dan komen er meteen allerlei prangende vragen op.
Zoals daar zijn:
houd je boek dicht onder de douche? Of houd je het open op de bewuste pagina? Of blader je er doorheen terwijl de stralen hun vernietigende werk doen? Haal je boek heel snel onder de stromende douche heen?
Of leg je het op de bodem neer en just watch it happen?

Smoesjes zijn het. Allemaal smoesjes.
Geen gezeur dus. Huppetee.

Eerst de paniek. Mijn boek wordt nat! En dan, na de eerste schade: wauw. Ik doe het!
Even ben ik weer zes en zit ik in de handvaardigheidsles op school.
Papier maché is het ding van de dag, en we gaan zo beginnen.
Op tafel repen krant, en die grote potten met slijmerige prut.
Behangplaksel.
En die aarzeling - daar ga je handen toch niet in stoppen?
En dat je dat dan toch doet,
en dat gevoel!

Viezig en slijmerig, maar ook:
bevrijdend.
Wat al vies is kan niet vies worden.
Wat je al kwijt bent, kan je niet verliezen.
Controle?
Misschien.
Overgave?
Zeker.

Mijn herinneringen aan papier maché zijn besmet.
Want dat knutselwerk moest om een opgeblazen ballon heen.
Die moesten drogen en een week later gingen we ze schilderen.
Ik zie het nog zo.
Al die gepapiermachéde ballonnen aan een waslijn.

Een week later.
We gingen naar handvaardigheid.
Maar voordat het zover was, had juffrouw Gonnie nog een mededeling.
Voor Karin was er een bijzondere verrassing.

Maar juffrouw Gonnie was gemeen.
Ze had een hekel aan me,
en dat was volkomen wederzijds.
Hoe krijg je de hele klas zover dat ze één kind gaat pesten?
Een gemene juf die de boel opstookt doet wonderen.

En ja hoor.
Al die ballonnen aan de waslijn.
Allemaal perfect opgedroogd,
en één verschrompelde.
De mijne was stukgegaan.
Dat was de verrassing.

Tot de dag van vandaag verdenk ik haar.
Dat ze op een dag na school erheen is geslopen,
met een breinaald.
Of zo.

Dit bedenk ik me allemaal terwijl de hete stralen boek strelen.
Ribbels, bobbels, boek wordt niet gespaard.
De voorkant begint om te krullen.

Als het genoeg is, leg ik boek snel buiten de douche.
Want: er moet wel boek overblijven.
Om onder te kotsen en te kliederen met koffie, modder en eten.
We moeten de komende weken nog wel wat te doen hebben.

Ik zeep me in en douche verder.
En bedenk me: zelf slopen voelt een stuk beter.
Beter dan lijdzaam afwachten hoe je kunstwerk er na een week uitziet.

Oh ja.
Tussen mij en juffrouw Gonnie is het nooit goedgekomen.


Ik (s)preek tot u


Zo, boek ruikt lekker fris.
Ik ook.
Boek is bovendien zo'n anderhalve kilo zwaarder.
Ik (hopelijk) niet.

Douchen met boek was eigenlijk een koud kunstje. Niet zo gek ook, als je bedenkt dat ik me er bijna een week op heb kunnen voorbereiden. Zowel mentaal (Je kúnt het! Je kúnt het! Je kúnt het!) als technisch (waar hebben we dat verrekte fototoestel ook alweer gelaten?) heb ik deze opdracht volledig op me kunnen laten inwerken. En als je dat kunt, zijn de dingen ineens niet meer zo eng.

Missen we daarmee niet gelijk de essentie van dit project? Het schokeffect? Oftewel: Jezelf keer op keer over de rand duwen totdat je overal schijt aan hebt. Misschien moeten we het anders aanpakken. Onszelf geen voorbereidingstijd gunnen, die duim in dat boek steken, de opdracht hardop voorlezen en BAM!: gaan met die handel!

'Lukt niet', hoor ik Karin en mezelf tegen elkaar zeggen. Dit project is synchroontherapie: we doen beiden iedere week dezelfde opdracht. Maar het is onmogelijk om dit op precies hetzelfde tijdstip te doen. We hebben overvolle agenda's, met ieder onze eigen werkdagen, afspraken, deadlines... Ompielen met boek lukt alleen als er een gaatje vrij is in ons individuele drukke schema. En twee gaatjes (eentje voor Karin en eentje voor Ellen) op precies dát ene tijdstip: no way!

Dit illustreert weer even haarfijn dat in ons leven amper nog plaats is voor verrassingen. We timmeren iedere seconde van de dag volledig dicht en rennen van afspraak naar verplichting naar vreselijke verjaardagsfeestjes naar de sportclub. Zelfs de tijd waarop we moeten ademhalen (lees: bijkomen en ontstressen) is ingepland. Met dikke rode stift schrijf je op maandagochtend al in je agenda dat je die vrijdag TIJD VOOR MEZELF!!! nodig hebt, om dezelfde woorden een halfuur later al door te krassen omdat er een andere, dringender afspraak tussendoor kwam. En zo kan het dat je week in week uit een volgeplempte agenda doorploegt, terwijl het fenomeen 'verrassing' al lang de benen heeft genomen.

Willen we dat? Dacht het niet. En daarom, beste bloglezers, staat op en verenigt u! Laat de verrassing herrijzen en opnieuw een plek in uw leven innemen. Laat u verrassen wanneer en waar u maar kan. Verrast uw medemens. Vernietigt uw overvolle agenda's en laat louter het onbekende toe. Want alleen dan, fijne medemens, zult u het leven ten volste leven.

Amen.


Ps. De versimpelde weergave van bovengenoemde boodschap leest u hier onder:

Douchen met boek heeft een belangrijk inzicht opgeleverd...
Het is weer tijd voor verrassingen!





zaterdag 16 januari 2010

Zeepbeurt

'Heb jij het al gedaan?'
'Nee, nog niet. Ik eh, doe het zondag. Dan kan ik er lekker de tijd voor nemen. Jij?'
'Nee, ook nog niet. Ik wilde wel, maar toen ik eenmaal onder de douche stond, was ik boek vergeten. Stom he?'

Douchen met boek houdt de gemoederen flink bezig. Een wat nerveuzige opdracht, die een hele trits vragen met zich meebrengt. Want wat doe je bijvoorbeeld met boek? Krijgt boek dezelfde behandeling als jij? Zeep je boek in? Krijgt boek een scheerbeurt? En hoe lang duurt het eigenlijk tot boek in zijn geheel uit elkaar valt en niet meer te gebruiken is? Lastig...

Douchen met boek op juist dit moment brengt, naast wat nervositeit, een beetje vreugde met zich mee. Want stel je voor dat het lot (lees: de duim van Karin) ons pas over tig weken had laten douchen met boek. Dan had het vast en zeker al vol gezeten met spuug, tuinafval, honderd kleuren viltstift en wellicht een klein spettertje hondenpoep van die keer dat je met boek een wandeling moest maken. Can you imagine wat een rotzooi dat in je badkamer geeft?!
Of is dat juist de bedoeling van deze opdracht? Dat je met boek onder de douche moet stappen, terwijl je weet wat een ongelooflijke kolere bende het gaat worden. Want dat is waar we uiteindelijk met dit project naar toe moeten, toch? Dat we die innerlijke criticus laten varen, we ons niets meer aantrekken van wat anderen van ons vinden en dat we moeten genieten in plaats van ingewikkeld door het leven banjeren.

Ja, dat moet het zijn: douchen met een boek vol puin en chaos zuivert. Het brokkelt vast en zeker een stukje van die roestige laag af die je geest in zijn greep heeft. Douchen terwijl de spuugjes, de kleuren, de rotte bladeren en de spetters hondenpoep je om de oren vliegen, maakt je een vrijer, gelukkiger en beter mens. Vast en zeker.

Wat mij op dit moment een vrijer, gelukkiger en beter mens maakt, is de wetenschap dat mijn boek van binnen nog brandschoon is. Want een douchebak vol chaos... wie krijg er geen hartkloppingen van? Bovendien: je moet een proces als dit ook niet overdrijven. Douchen met een onbevlekt boek is een veilige eerste stap. Toch?

Boek krijgt van mij een lekkere zeepbeurt!


woensdag 13 januari 2010

Alle begin is moeilijk


Goed.
We zaten dus in de kroeg.
Daar ontstaan, tenslotte, de beste ideeën.
In welke volgorde zouden we het boek slopen?
Netjes bij het begin beginnen?
Of lekker kriskras?
Inner critic alert! Expres heel rommelig willen doen.
De ontkenningsfase.
Nee, we zijn geen brave mutsen die niet durven.
Dat nooit!

Dan de beslissing.
Met ogen dicht de duim het werk laten doen.
En die pagina, die zou het worden.
Als ze dan stomtoevallig op volgorde zijn,
dan heeft het lot het zo bepaald.

Niet dat jullie denken dat wij zo van de orde zijn,
of van de opzettelijke wanorde.
Dingen zijn wat ze zijn.
Zonder oordeel.

Maar goed.
Deze pagina werd het.
Into the shower it is.
Maar: als de pagina's nou zo gebubbeld raken,
dat we er niet meer op kunnen kliederen?

Nee, nee, nee.
Fout, fout.
Die innerlijke criticus is nog best een nasty motherfucker.

Eens kijken of we hem in de douche kunnen verzuipen.

maandag 11 januari 2010

Kotsen

Boek slopen. Wie verzint het? Maar goed, we gaan het doen. Bedacht in de kroeg natuurlijk. Cocktail erbij en constateren dat het al veuls te lang geleden is dat we samen een projectje hebben gedaan. Wordt weer eens tijd, vonden we. Vandaar: boek slopen. Prima.
Is goed voor ons. Voor onze verpeste geest. Altijd in het gareel is maar niks. Je kunt beter eens lekker ordinair los gaan op iets. Mannen hebben we al gehad, dus nu: boek. Logische stap.
Boek wordt onze uitlaatklep. Hameren, kotsen, kliederen en prikken, het mag allemaal in boek. Fijn, want bij man mag dat niet...