maandag 8 februari 2010

Brief


Brief die ik begin deze week schreef aan mijn collega's van Groot Haar + Orth:

Liefste collega's van GH+O,

Weten jullie nog, van mijn project met Boek waarover ik zo stoer vertelde? Dat ik zei dat Karin en ik iedere week 'gewoon even een opdrachtje' moesten doen? Dat dat lachen was. Heel erg lachen. Humor zelfs? En dat jullie op ons blog iedere week een vet cool verhaal konden lezen? Ja, weten jullie het nog?

Dat is jammer... Ik had gehoopt dat jullie dit heldenepos inmiddels waren vergeten.

Want, allerliefste collega's, deze week wordt het helemaal geen stoer verhaal, niks geen 'opdrachtje' dat we even doen. Niks lachen. Niks humor. Deze week, fijne mensen, zegt Boek dat ik Boek in een public place moet hangen en dat ik mensen moet inviten om in Boek te tekenen. En dat, harde werkers, is een vreselijke opdracht! Ik schijt in mijn broek bij de gedachte dat ik met Boek naar de openbare bibliotheek moet om vreemde mensen te vragen om iets in Boek te tekenen. (Ophangen is natuurlijk geen optie; ook onder het bibliotheekpubliek leven kleptomanen). Ze zien me aankomen!

Ik doe het wél, ik doe het niet! Zo gaat het al drie dagen in mijn hoofd. Ik doe het wél, ik doe het niet! Het blijft maar rondspoken: Boek in public place. Invite people to draw. Hoe moeilijk kan dat zijn? Hoe belachelijk ook. Dat laatste geeft de doorslag. Ik doe het niet.

IK! Doe! Het! Niet!

Ik zie jullie nu kijken, lieve collega's. Met opgetrokken wenkbrauwen van ongeloof. Ogen als schotelantennes. Verbazing alom. Kreten van verbijstering. Handen die hard op het blad van het bureau slaan... Jullie snappen het niet. Even is het stil. Dan zeggen jullie het onvermijdelijke: 'Jij! De Ellen-met-de-grote-bek, die iets niet durft?!'

Ik laat mijn hoofd zakken. Verslagen knik ik mijn hoofd. Ja mensen, ik beken. Ik beken dat ik de allergrootste schijtluis ben die deze aarde rijk is.

Zo zou het verlopen, als ik het jullie rechtstreeks in het gezicht durfde te zeggen. Maar zelfs dat durf ik niet. En daarom schrijf ik jullie deze brief. Ik ben niet voor niets tekstschrijver geworden.

Schrijven lucht soms op. Nu is het er uit. Nu weten jullie het. Ik hoef het niet langer te verbergen.IK BEN EEN SCHIJTLUIS!

Maar ho wacht! Ik heb het wel geprobeerd hoor! Begin deze week zat ik in de trein en toen had ik het bijna gedaan. Ik had Boek al op schoot. Ik keek al richting de overbuurjongen. Ik oefende mijn vraag van voor naar achter en weer terug. In mijn hoofd legde ik overbuurjongen de hele situatie uit. En toen lachte hij mij uit. Ook in mijn hoofd. Mijn hoofd was niet zo best deze week.

En dus deed ik het niet.

En daarom, omdat mijn hoofd niet zo jofel was en omdat ik een schijtluis ben, vraag ik jullie, allerliefste collega's, willen jullie alsjeblieft een tekening in Boek maken?

Liefs E.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten